Cler. Paderborn, I. 1424 (1424-1433) Den Bosch Jannes Swertinc, Swartinc(k), Zwarttinc, Swerting, Suerttinc, werd blijkens zijn notariële onderschrift geboren te Höxter in het bisdom Paderborn. In Den Bosch wordt hij voor het eerst vermeld in een akte van Adam van Mierde (nr.264) daterend van 21 mei 1395. Johannes dictus Swerting, clericus Padeburnensis diocesis was toen als getuige aanwezig in het huis van de Tafel van de H.Geest bij het testament van Eefsa Henrics van Leuwen, echtgenote van de H.Geestmeester Aelbrecht die Wael. Op 14 augustus 1397 stelde Adam van Mierde ook het testament op van heer Henric Loyt (nr.250). Hij liet het vervolgens ingrosseren door Johannes dictus Swartinc, clericus Padebornensis diocesis. Vermoedelijk leerde Jannes het notarisvak dus van Adam van Mierde. Jannes was in 1396 ook als getuige aanwezig bij een handeling ten overstaan van Jan Sceyvel (nr.351) en in 1427, 1431 en 1432 bij handelingen ten overstaan van heer Pauwels van Zulichem (nr.382). De akte uit 1427 werd tevens door Jannes geïngrosseerd terwijl hij in 1431 en 1432 door heer Pauwels wordt aangeduid als notarius publicus. Zelf stelde hij als notaris op 17 augustus 1424 het testament op van een zekere Dirc, zoon van Pauwels die Verwer. Zijn signet is vrijwel gelijk aan dat van Peter Polslauwer (nr.318). 1) De meeste van de bovengenoemde oorkonden houden verband met de Tafel van de H.Geest of met de O.L.V.-broederschap. Jannes, die in een schepenakte uit 1396 ook namens de Tafel van de H.Geest optreedt, was van 1395 tot zijn dood in 1433/34 waarschijnlijk klerk van die instelling. In dezelfde periode werd hij soms door de broederschap ingehuurd voor het schrijven van de jaarrekening. Zo ontving Jannes vanden Heilighengheest in 1405/06 van de broederschap 1¼ el laken "voer dat hy onse rekeninghe te maken ende te summeren placht". Waarschijnlijk was dit zijn loon voor twee jaar want in latere jaren ontving Jannes Swertinc als dienaar van de broederschap de helft van deze hoeveelheid. Alleen in 1432/33 - het laatste jaar dat hij voor de broederschap werkte - kreeg hij "van dezen rekeningen te maken ende te scriven" in plaats van laken een geldsom van 3 pond. In 1401/02 werd hij tevens betaald voor de levering van 21 pond was en voor het opzoeken van enkele oorkonden die de broederschap nodig had voor een proces. Jannes, die in de rekeningen zijn naam zelf steeds schreef als Jannes Swertinc, overleed in 1433/34 als gezworen lid van de broederschap. 2)
|
Noten | |
1. | Bijlage II 264.68, 264.69, 351.10, 382.56, 382.58, 382.59, 385.1; Kappelhof, Het archief van de Tafel van de H.Geest, 64; Vgl.: GAH, RA 1191, fo.193v (28 nov.1418: Johannes Zwarttinc en Henricus Polslouwer beloven een geldsom aan Heymericus Groy). |
2. | GAH, THG 1201 (5 okt.1396); OLVB 52, band 1, fo.15r (1401/02), fo.31r (1405/06), fo.49r (1408/09), fo.98v (1416/17), fo.105r (1418/19), band 2, fo.22r (1432/33), fo.31r (1433/34). |
Geertrui Van Synghel, De stedelijke secretarie van 's-Hertogenbosch tot ca. 1450 (2007) 13, 132, 134, 140, 141, 142, 160, 174, 275, 286, 287, 288, 289, 290, 2914, 319, 324, 325, 334, 343, 344n, 363, 411, 414